vrijdag 20 januari 2017

Pirates of the Caribean

Donderdag 5 januari gooien we rond het middaguur los om richting de Commewijne rivier te gaan varen. Timing is vrij belangrijk want de rivieren stromen hard en we moeten met stroom mee de Surinamerivier af om idealiter met de eerste vloed de Commewijne rivier op te varen. Vanaf de splitsing Suriname- en Commewijne rivier is het nog maar 5 mijl naar Frederiksdorp dus dat komt wel goed.
Fort Amsterdam
Dit laatste gaat niet omdat we dan ruim voorbij donker de rivier op komen en aangezien we er niet bekend zijn met betonning en bevuring willen we dat niet. Daarom gaan we met de eerste eb weg bij Domburg en nemen we de eb stroom tegen die dan nog loopt op de Commewijne voor lief.
We lopen met maar een klein beetje motor bij met 7 knoop de rivier af en worden nog opgelopen door een van de kotters van Holsu waar we langszij lagen om water te bunkeren. Vrolijk worden we uitgezwaaid. Bij Fort Amsterdam draaien we de Commewijne op en onze snelheid keldert van 7 knoop naar 2,2 naar zelfs 1.3 op zijn laagst. De Commewijne stroomt dus inderdaad zo hard als ons is verteld.

Bedrijvigheid aan de Surinamerivier

Anna Margaretha
 In de verte zien we een plantage waarvan we denken dat het Frederiksdorp is en na nog een paar uur stomen gooien we het anker in de rivier. De plantage lijkt nogal een oude bende: vervallen huisjes, kleine winkeltjes, een wrakke aanlegsteiger. We hadden ons Frederiksdorp iets anders voorgesteld en we praaien iemand op de steiger om te vragen waar we zijn. Het blijkt Plantage Anna Margaretha te zijn, een plantage net voor Frederiksdorp, kennelijk is OpenCPN (onze digitale kaart die we hier gebruiken) hier niet zo nauwkeurig. Na ankerop en nog een half uurtje stomen gaat het anker in de eerste schemering in de grond op de goed plek bij Frederiksdorp.
Frederiksdorp


Een suikerpot waar de suiker in werd gekookt
Het regenwoud trakteert ons op exotische geluiden en we maken snel alle horren dicht om de overvloed aan muskieten buiten de boot te houden. Morgen weer een dag. De AIS en het ankeralarm gaan aan omdat we niet weten hoeveel scheepvaart hier vaart (we liggen net in het verlengde van het betonde deel van de rivier hoewel vrij dicht bij de wal) en omdat het als een dolle afstroomt en we niet wakker willen worden op zee.

De dokterswoning, thanks appartement/hotel
‘s Ochtends is er school en dan gaan we eens kijken of we bij Frederiksdorp vast kunnen maken met de dinghy. Dat is nog wat lastig gezien hoe hard het stroom maar met een extra lijn om een paal achter de bijboot houden we de boot vrij van de wal zowel bij de vloed- als de eb-stroom. Op de plantage melden we ons bij de receptie en het welkom is hartelijk: Ro (een van de medewerkers) geeft ons een rondleiding, en als we er wat eten en/of drinken mogen we gratis gebruik maken van het zwembad. Dit is niet helemaal wat we verwachtten omdat alle informatie in Nederland nog sprak van een authentieke plantage gerund door een Nederlands echtpaar en we nu zijn aangekomen in een strak gerund resort. Het schijnt pas afgelopen november geopend te zijn na een eigenaarswissel.
Zwembad erbij
Neus in de boter dus: de rondleiding is interessant. We leren over de historie van de plantage, de koffie en cacaoteelt, het leven van de slaven en mogen rondkijken in alle (meestal goed gerestaureerde) gebouwen op het terrein. De kinderen zingen met Ro het lied ‘Faja siton no bron mi so’ (vuursteen brand mij niet) en we sturen een videotje ervan op naar Juf Anita omdat de kinderen dit in Nederland op school geleerd hebben. Na de rondleiding strijken we neer bij het zwembad en genieten van koele drankjes en verfrissend water en later van een heerlijke maaltijd.  De medewerkers hebben een soort jaaropening en steken nog een pagara af: de kinderen genieten mee. Wat een paradijs.
Een andere woning op het terrein
Ze zijn hier (nog) geen jachten gewend maar we beloven goed reclame te maken bij de andere Nederlandse boten die ook nog deze kant op komen want het is een heerlijke plek om een paar dagen te verblijven: historie, zwembad, outdoor-activiteiten, goed restaurant, rust in de natuur, uiterst vriendelijk en gastvrij personeel en dat alles heel goed te betalen. Aanleggen kan er eigenlijk niet maar ankeren gaat prima ondanks de snelstromende rivier maar als ze een dinghy steiger en een paar moorings neerleggen wordt het vast een topper voor de jachten.
De koffie droogvloer
Zaterdag wordt er gekanod in het achterland. We krijgen een gids mee en een paar twee-persoons kano’s en gaan te water in de afwaterings- en transport-vaart die naar het achterland van de plantage loopt. Het is heerlijk peddelen langs prachtige vogels, libelles, planten en kaaimannen (!). Het insmeren met Deet van top tot teen helpt om niet helemaal lek gestoken te worden door de muggen. Iedereen weet aardig koers te houden hoewel Meike en Amarins regelmatig achterstevoren in de wal of het kroos weten te belanden. Na ongeveer 3 kilometer komen we aan het eind van de vaart en keren we weer terug. In het restaurant volgen een aantal Nederlandsers een kookworkshop: het blijkt een KLM-crew die een nachtje over is voor ze weer een vlucht hebben.
En mooie begroeiing

Vuurwerk om het jaar te openen met de staff

Onze ankerplek in de rivier
We houden ondertussen contact met Son en Breugel: Robert zijn vader is geopereerd en heeft een nieuwe heup gekregen. De eerste dagen na de operatie verlopen wat zwaarder den gedacht maar gelukkig is er elke dag een beetje verbetering. Op zaterdag lijkt het al zoveel beter te gaan dat we met een iets geruster hart op weg naar Tobago durven te gaan.
Stroom mee, altijd fiijn
We spenderen onze laatste Surinaamse dollars aan heerlijke Sauto en nemen afscheid van de medewerkers op de plantage en al een beetje van Suriname: morgen in alle vroegte gaan we weer een halte verder. Terug op de boot zien we iets verderop de rivier een ander jacht voor anker liggen. Het is donker en ze voeren geen AIS dus we kunnen niet zien wie het zijn.
We beginnen de tocht met weinig wind
Zondagmorgen 8 januari gaat om 05.30 de wekker. Als we om 06.00 anker op gaan hebben we als het goed is tot aan de uiterton stroom mee en wat vroeg daglicht om eventuele visstokken en netten vrij te varen. Eenmaal onderweg varen we langs het jacht wat voor anker lag: het blijkt de Juno te zijn met Thom, Anna en Marina en ook zij gaan net anker op om de boeg richting Tobago te richten. We denderen met 8 a 9 knopen over de grond Suriname uit. Zij steken iets verder naar buiten dan wij om eventuele drijfnetvisserij te ontwijken maar we hebben beiden nergens last van (wij moeten een bootje met netten ontwijken maar tegen de tijd dat het donker wordt zijn we ver genoeg uit de kust om nog iets tegen te komen).
Prachtige luchten en optics onderweg
Wind en stroming zijn ons goed gezind: een ONO-en wind en 1,5 knoop stroom in de rug geeft ons daggemiddelden van ongeveer 150 mijl. Anneke en de kinderen moeten helaas weer inslingeren dus we kunnen niet vissen onderweg en Robert doet de meeste huishoudelijke taken aan boord. De eerste dag hebben we zalig helder weer en ook ‘s nachts geen last van squals (zware regenbuien met veel wind) maar op de tweede en derde dag is dit anders: de ene na de andere squal komt voorbij maar gelukkig lopen de meeste net voor of achter ons langs en we krijgen alleen wat regen.Elke dag bellen we even met de Inmarsat-telefoon naar Brabant om te kletsen met Robert’s ouders en gelukkig gaat het nog elke dag een beetje beter.
Tobago in zicht, met de Melvilles er voor
Woensdagochtend is er land in zicht: de contouren van Tobago worden zichtbaar en we gaan rekenen hoe snel we willen varen om met licht aan te komen. Tenslotte weten we niet hoe nauwkeurig onze OpenCPN kaarten hier zien dus eyeball navigation is verstandig. We zetten wat meer zeil en in de kalme periodes tussen de buien een beetje motor bij. Dat we er later nog 50 USD mee zullen besparen weten we dan nog niet maar dat blijkt een fijne bijkomstigheid. De Melville’s en Tower Bridge aan de noordkant worden gerond en rond 15.30 lopen we Pirates Bay binnen en gaat het anker in de bodem in 8 meter water. De Juno volgt een uurtje later.
Het anker gaat erin in Pirates Bay

De Anna Lisa ligt hier ook voor anker dus het is een leuk weerzien met Thomas, Margareta, Mathilde en Troels die we voor het laatst op de Kaap Verden zagen. De kinderen vliegen meteen uit om te gaan spelen en Anneke en Robert doen een aankomstborrel. We zijn in de Carieb: helder water, tropische vegetatie en een Caribisch tempo op de wal zoals we later gaan leren.
Begraafplaats in Charlotteville
Op donderdag lanceren we dinghy en motor om in te gaan klaren in Charlotteville. Om de immigratiefee te betalen gaan we eerst langs de ATM maar helaas is deze al een aantal dagen defect. Dat schijnt hier niet echt een problem te zijn: winkels en barretjes zijn dit gewend of vinden het prima als je hier later betaalt. Customs en Immigatie echter niet maar gelukkig kunnen we wat USD lenen van de Juno. Na het invullen van een heleboel formulieren en het betalen van 8 USD komen de felbegeerde stempels in ons paspoort.
De laptops lijden nogal onder de vochtige lucht
De Juno betaalt 50 USD meer: als je na kantooruren aankomt (aankomen in de baai dus, niet eens aanmelden op kantoor) betaal je 50 USD overtime fee. Kantooruren is tussen 08.00 en 16.00 dus wij hadden mazzel, de Juno niet. De dag erna werkt de ATM wel maar zijn de winkels in Charlotteville dicht dus terwijl Anneke en de kinderen school doen gaat Robert met de maxitaxi naar Scarborough: er is dringend fruit en groente nodig en we kopen een lokale Simkaart voor data: 5 Gb en een zooi belminuten voor 50 TTD (~7 euro).
Een noordelijke swell maakt de baai oncomfortabel. Anna Lisa op de voorgrond
Het maxitaxi system werkt goed: je wacht tot er een langs komt, vraagt waar ie heen gaat en vervolgens ben je voor 14 TTD in Scarborough, een rit van ruim een uur. Naar goed Caribisch gebruik zit er een dijk van een stereoinstallatie in het busje en ook in Scarborough is het lawaaiig: er komt pijngrens-harde muziek uit verkiezingsbusjes die rondrijden maar ook veel kroegen, bars en ‘gewone’ auto’s draaien luide muziek. Het is een luidruchtig volkje hier op Tobago. De weg terug naar Charlotteville verloopt zonder muziek in de auto maar gelukkig is er een passagier die bij elke bekende die hij ziet zijn naam brult en dat zijn er nogal wat tussen Scarborough en Charlotteville. De maxitaxi chauffeur stopt onderweg nog even om wat garnalen te kopen aan de weg. Kan allemaal, en na een prachtige rit langs baaien en door de heuvels is Robert weer terug in Charlotteville.
Charlotteville
In de pilots wordt genoemd dat de baaien aan onze kant van het eiland in de winter wel eens oncomfortabel worden door een Noordelijke swell en dit kunnen we vanaf vrijdag beamen: er lopen grote rollers de baai in en hoewel we op 8 meter water geanker liggen gaan we toch maar iets verder naar buiten liggen in 12 meter water. De Anna Lisa ligt nu nog het dichtst bij het strand en naarmate de swell opbouwt komen ze steeds dichter (maar nog steeds ver genoeg er vandaan) bij de steile, bijna brekende golven te liggen. Thomas heeft een banjobout gebroken op de motor en kan zijn motor niet gebruiken en we bieden aan om hem met een paar dinghies weg te slepen als dit nodig wordt maar gelukkig hoeft dit niet. Hij weet een nieuwe banjobout te fabriceren en de motor weer aan de praat te krijgen en zijn anker houdt prima dus er is geen actie nodig.
Beachlife (Ties was nog aan t snorkelen)
Door deze swell is het wel onmogelijk om aan land te gaan: het strand opvaren is in deze brekers gevaarlijk. Naar het strand zwemmen eveneens en vastmaken aan de pier is helemaal een no-go als je je dinghy heel wil houden. Een dagje op de boot dus tot het wat rustiger is. We overwegen om als het niet rustiger wordt al eerder naar Grenada te vertrekken.
Zaterdag is het iets rustiger en kunnen we de dinghies net buiten de branding ankeren om het laatste stuk naar het strand te zwemmen. De kinderen gaan heerlijk in de golven spelen en snorkelen bij het koraal en zien prachtig koraal en mooie tropische vissen.
Thomas 'plugt' zijn nieuwe boek
Thomas en Robert gaan ‘s avonds een biertje doen in Charlotteville en dit leidt tot een bijzondere avond met ontmoetingen met veel kleurrijke figuren. Het is hier gebruik een flesje bier te kopen en dan op de stoep te gaan zitten om met jan en alleman een praatje te maken. Eerst ontmoeten we ‘squeeze’, de (zelfverklaard) bekendste zanger van Tobago. Gewapend met gitaar vertolkt hij zijn genre aan ons en Robert koopt zijn CD voor in de boordaudiotheek. ‘Lion’ sluit zich aan, een visserman die nu zijn boot op de wal heeft voor reparaties.
Muziek !
Dat de mannen geen geld voor bier hebben deert even niet: we trakteren ze graag op een biertje. ‘Squeeze’ wil graag 20 TTD lenen voor sigaretten (en zo leren we een minuut later voor hash want de lokale drugsdealer is inmiddels gearriveerd) en terugbetalen in grapefruits. We leren vanalles over het leven op Tobago, ook over de minder fraaie aspecten zoals armoede, honger en algemeen aanvaard overspel. Meer kleurrijke figuren komen langs en gaan weer weg en onze armen worden moe van alle begroetings- en ‘brother’ gebaren (knokkels tegen elkaar, onderarmen tegen elkaar, vuist op je hart, en dat dan de hele tijd door). Dan zijn Russen minder vermoeiend: die slaan ongeveer na elke zin een glas wodka achterover en worden pas na anderhalve fles fysiek , zo leerde Robert tijdens een nachtje doorzakken op La Gomera J ).
Broodvruchten roosteren
Er is een feestje bij Wendy’s and Phebes en we worden uitgenodigd. Onder het genot van lekker eten en drinken, kneiterharde (wederom pijngrens-hard) Caribische muziek en goed gezelschap slaan we een gat in de nieuwe dag. Mensen weten hier wel een feestje te bouwen en vermoedelijk heeft elke Tobagoaan een gehoorsbeschadiging.

De dagen erna verlopen relaxed: ‘s ochtends doen we school en ‘s middags vermaken we ons met zwemmen, snorkelen, vissen en gezelligheid op het strand. Pleuni en Jouke van de Island Lady arriveren ook, het is leuk hen weer te zien: dat was op de Canarisch voor het laatst dus even geleden. We gaan met de Anna Lisa uit eten bij Phebes en eten heerlijke hamburgers en kip met rijst. Onderweg naar Phebes komt Robert weer vele van de ‘vrienden’ van het feestje tegen, hij lijkt wel een dorpeling. Op de Juno vieren we de verjaardag van Marina en Robert gaat twee keer met de dinghy op en neer voor diesel: dat kost hier een kwartje per liter, dus de tanks en alle jerrycans gaan vol. Samen met Ties beacht Robert de dinghy op het strand bij het tankstation maar er staat nog een aardige branding: met twee grote golven staat de dinghy vol water voordat ze ‘m het strand op hebben kunnen trekken. Ach, het is mooi weer en het water is 28 graden dus wat zal ‘t.
Ties in de startblokken om te gaan duiken
Charlotteville zelf is eigenlijk best wel een rommeltje: er staan onbewoonde vervallen huizen, er is veel rommel op straat en overal hangen mannen rond, vaak al vanaf de ochtend met een flesje bier in de hand. De supermarkten hebben weinig assortiment en wat er is is duur. Groente en fruit zijn helemaal lastig te krijgen buiten de vrijdagse markt. De helft van de tijd werkt de ATM niet en is de benzine en diesel op bij het tankstation. Het lijkt niemand wat te deren, het leven gaat door en ongemakken lossen zich wel weer op. De eigenaresse van de kleine supermarkt heeft heel lang in Toronto gewoond, is net weer terug, en ergert zich er dood aan, zo vertelt zo. Ze is kennelijk lang genoeg weg geweest om afstand te nemen van de ‘way of life’ hier.
Mooi onderwaterleven
Thomas van de Anna Lisa brengt op 18 januari zijn tweede boek uit: over sluisvaren en de binnenwaterroute van de Oostzee naar de Middellandse zee. Ter ere van de lancering organiseert hij een klein feestje op het strand. SonSon van het strandbarretje regelt (heerlijk !) eten en drinken en er is muziek. Mathilde, Meike en Amarins gaan zich lekker optutten bij ons aan boord en zien er na een uurtje nagels lakken en opmaken prachtig uit.
De Zweedse pers laat het naar verwachting afweten op lokatie maar er wordt een video geschoten om naar Zweden te sturen. Terwijl de kinderen zwemmen en snorkelen, proosten wij op zijn boek en op het goede leven hier in de Carieb. SonSon regelt nog broodvruchten en kreeft en is een hartelijk gastheer. Als het donker is varen we terug naar de boten en hebben wij er even een kind bij: Mathilde komt een nachtje logeren op de Grutte Grize, gezellig. Meike en Mathilde hebben dezelfde leeftijd en kunnen het erg goed met elkaar vinden.
Hooooiii !!
De dag erna doen we het nog eens dunnetjes over. Eigenlijk hadden we vandaag (19 januari) al richting Grenada willen vertrekken maar de immigratie-officier was er deze dag niet. Uitklaren in Scarborough (met de bus heen en weer) of een dagje later: morgen dus maar.  We gaan nog een keer snorkelen en zien prachtig hersenkoraal, zeeegels en allerlei mooie vissen. Het snorkelen doen we vanuit de bijboot: die gooien we voor anker net voor het rif om vandaar te gaan zwemmen.

Robert gaat met Ties trawlen met de bijboot om tonijn te vangen voor de BBQ vanavond maar ze slagen niet. Jouke schiet met zijn speargun (een soort onderwaterharpoengeweer) wel twee vissen en de Umnyama koopt de laatste tonijn van de markt. Thomas brengt de triggerfish in die hij gisteren al ‘schoot’ met de speargun. Je hebt vissen en vissen en wat wij doen is lui een lijntje slepen tijdens het zeilen. Jouke en Thomas maken er echt een sport van en vissen zelfs hier in de baai een maaltje bij elkaar. Dan heb je nog de Fransen die ongeveer alles wat zwemt en leeft op het rif vangen op opeten. Om drie uur verzamelen we op het strand en steken de BBQ aan terwijl Anneke met alle kinderen verderop een kampvuur maakt. We eten vis en broodjes met knakworst en blussen af met Caribisch bier (en cola voor de kinderen). Kat Josephine schooit ook een maaltijd bij elkaar en net voor het donker ruimen we op en gaan we terug naar de boten. Wat is het toch heerlijk om de hele dag mooi weer te hebben, altijd het water in te kunnen springen en met andere mensen een fijne tijd te hebben.
Hersenkoraal
Morgen in de namiddag vertrekken we naar Grenada, een tochtje van ongeveer 70 mijl. De Anna Lisa, Umnyama en de Fransen varen met ons mee op dus we zullen de gezelligheid daar nog wel even voortzetten. Met Grenada varen we ook echt de ‘Carieb’ in (Tobago is een beetje een outpost) en we gaan hier ook weer meer boten met kinderen tegenkomen verwachten we. Via de whatsapp cruisers groep houden we bij waar de Emerald Bay, Blue Zulu, Bonaire en Dana de Mer uithangen: ook met hen krijgen we graag weer aansluiting na ons afscheid op de Kaap Verden. Welkom in de Cruisers Community.

Als kers op de taart hebben Heit en Mem vliegtickets geboekt naar Sint Maarten: van eind maart tot begin april zullen zij met ons meevaren. We gaan er een mooie trip van maken en kijken er nu al naar uit.


1 opmerking: